Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-04-2019

Brant

betekenis & definitie

Brant - 1° Hermannus Franciscus van den, Antwerpsch rechtsgeleerde (17e eeuw), schrijver van stroef-klassieke treurspelen naar Fransch en Engelsch model.

Werken: Bela, Prins van Hongarijen (gruweltreurspel 1678); Barrabas, de rijke Jood van Malta; Het Verweirde Sothuys van Antwerpen (1678); Bleyeindige Belgica, tot verheffinge van ’t Heilig Sacrament des Autaers ende tot vernietiging der Ketteren (Jubiléspel 1679); Eertijds, Maer en Tegenwoordig (berijmde klucht); De Herstellinge van de Roomsche Religie binnen de stadt Antwerpen (blijëindend treurspel). — Lit.: dr. J. Te Winkel, Ontwikkelingsgang der Ned. Letterk. (IV 21924); dr. Th. De Ronde, Het Tooneel-leven in Vlaanderen.

2° Michiel, priester, * te Axel, † 1529 te Leuven; was kanunnik te Bergen op Zoom, baccalaureus in de rechten te Leuven; stichtte beurzen voor studie van wijsbegeerte.

Lit.: N. Ned. Biogr. Wbk.

3° Pieter den. Aan dezen wordt een berijmd werk Properheden vanden viere complexien toegeschreven (1433).

Uitg.: Nap. de Pauw, Mnl. Ged. en Fragmenten (I Gent, 577 vlg.).

4° Sebastian, Duitsch dichter en Humanist; * 1457 te Straatsburg, † 10 Mei 1521 aldaar; studeerde te Bazel in de rechten, syndicus en stadsschrijver van zijn geboortestad. B. dankt zijn Europeesche vermaardheid aan de cultuur-hist. zeer gewichtige satire „Das Narrenschiff” (1494), die, met voortreffelijke houtsneden verlucht, de gebreken van den tijd nuchter-moraliseerend, echter raak en op geestigvolksche wijze gispt. B. was een vurig Maria-vereerder en zijn satire is geheel in kerkelijk-religieuzen geest gehouden. Wellicht het meest gelezen boek uit de periode vóór de Hervorming.

Hoofdwerken: Das Narrenschiff (1494; nieuwe uitgaven: Fr. Zarncke 1854; F. Schultz 1913); Freidanks Bescheidenheit (1508; uit het Latijn). — Lit.: Fr. Zarncke, Zur Vorgesch. des Narrenschiffs (1868-’71); Maria Wolters, Beziehungen zwischen Holzschnitt und Text bei B. und Murner (1917).

Pintelon.

< >