Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 20-03-2019

Bloemenkevertje

betekenis & definitie

Bloemenkevertje - geel, Cheniopus f l a v u s, fijn zijdeachtig behaard. Toppen van de sprieten, tasters, oogen en voeten zwartachtig, pooten geel.

Dekschilden fijn gestippeld. Lengte 6—8 mm. Op bloeiende umbellifeeren.

Er is ook nog de bruine bloemkever, Nacerda melanura, een smalle bruine kever, zwart gepunt. Pooten geel, dun, bij het mannetje met dikkere dijen. Lengte 8—12 mm. Larven soms schadelijk aan zeeweringen. De kevers vindt men op schermbloemen. Bernink.

< >