Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 05-02-2024

Batist

betekenis & definitie

(cambrics, kamerdoek, nainsouk), fijn platweefsel, doorzichtig en toch dicht. Materiaal: fijne katoenen garens, ook gekamd macogaren.

Zacht geappreteerd. De minst dichte soort heet batistclaire, stijf geappreteerd. Wit, bedrukt, met satijn- of ajourstrepen in gaasbinding versierd, enz. Wolbatist is uit dun kamgaren gemaakt. Linnen batist bestaat uit fijne linnen garens. Glasbatist heeft een glasachtig doorzichtig uiterlijk.

Het is hard en stijf en behoudt het glasachtig karakter ook na het wasschen. Komt het meest voor in wit, echter ook in lichte tinten. Glasbatist wordt vnl. gebruikt voor kragen, manchetten op japonnen en voor babyjurkjes, schortjes en mutsjes. De beste kwaliteiten komen uit Frankrijk. Fijnste linnenweefsels tot 80 draden per cm, los geweven. Linon en linnen voile zijn batist.

< >