Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 01-04-2019

Barclay

betekenis & definitie

Barclay - 1° Alexander, Engelsch Katholiek schrijver, zonder originaliteit, maar met vlotten, vloeienden stijl, en daardoor een der belangrijkste letterkundige pioniers in de Engelsche vroege Renaissance. Hij bewerkte de eerste formeele satire in het Engelsch door zijn „Ship of Fools” (1509), de eerste pastorale poëzie door zijn „Eclogues” (ca. 1514), de eerste vertaling van klassieke schrijvers, de „Bellum Jugurthinum” (1519), en schreef de eerste bekende Fransche spraakkunst in het Engelsch (1521).

Verder worden hem talrijke andere werken toegeschreven, die ofwel onzeker ofwel van ondergeschikt belang zijn. Hij was vermoedelijk van Schotsche afkomst, studeerde misschien te Parijs, werd wereldlijk priester, daarna Benedictijn, daarna Minderbroeder-Observant. Na de opheffing der kloosters bleef hij zijn habijt dragen tot 1538, maar werd later pastoor op een dorpje in Essex, en stierf als pastoor te Londen in 1552.

Lit.: Een critische bibliographie van B. heeft nog niemand aangedurfd. Ook zijn levensloop is in bijzonderheden nog zeer onzeker. Eenige gegevens staan in: A. Pompen, The English Versions of the Ship of Fools (1925); Beatrice White, The Eclogues of A.B. (1928).

Pompen.

2° John, Katholiek Humanist, * 1582 te Pont-a-Mousson als zoon van een Schotschen vader, † 1621 te Rome. Een jeugdwerk, „Satyricon”, waarin hij in den vorm van een schelmenroman zijn ontevredenheid lucht over Jezuïeten, Puriteinen en zijn geheele omgeving, is op den Index geplaatst, evenals zijn uitgave van een juridisch werk van zijn vader, „De potestate Papae” (1609). Hij is beroemd geworden als schrijver van een politieke romance in gedrongen, maar helder Latijn: „Argenis” (1621). Dit ingewikkeld romantisch-allegorisch verhaal werd in alle Europeesche talen, ook in het Nederlandsch, vertaald, en heeft den „heroïschen roman” van La Calprenède e.a. helpen voorbereiden.

Lit.: K. F. Schmid, Barclay’s Argenis (1903), geeft een volledige bibliographie; E. Bensly, in Cambr. Hist. of Eng. Lit. (IV 1909); E. A. Baker, The Hist. of the Engl. Novel (IV 1929).

Pompen.

3° Robert, apologeet en theoloog der Kwakers. * 23 Dec. 1648 te Gordonstown in Schotland, † 3 Oct. 1690 op zijn landgoed Ury bij Aberdeen. Uit een streng Calvinistische omgeving werd hij naar het Kath. Schotsche college te Parijs gezonden, waarvan zijn oom de leiding had. Zoodoende ontwaakte bij hem de neiging tot het Katholicisme, die onderdrukt werd door zijn terugroeping naar Eng. na den dood van zijn moeder (1664).

Op voorbeeld van zijn vader werd hij aanhanger van de leer der Kwakers (1667). Openbare functies bekleedde hij niet. Zijn invloed dankt hij aan zijn talrijke reizen in Eng. en Schotland, en zelfs naar Holland en Duitschland, maar meer nog aan zijn geschriften, waarin men de eerste methodische en beredeneerde analyse der Kwakersche leer vindt. Zijn vurige propaganda bracht hem in den beginne enkele keeren in de gevangenis, maar onder Jacobus II kreeg hij grooten invloed aan het hof.

Voorn. werken; een Catechismus (1673); Theologiae verae christianae (de leer der Kwakers) apologia (Londen 1676; op den Index 1712). Voor ons is nog van belang een brief aan een Nederlander, waarin hij zijn ideeën omtrent de inwendige en onmiddellijke revelatie van God aan den mensch uiteenzet. Onder den titel: Truth triumphant werden zijn verzamelde werken uitgegeven in 1692 en 1718. — Lit.: C. Cadbury, Life of R. B. (Haedley 1912). Een uiteenzetting van de leer der Kwakers geeft Dr. Konrad Algenmissen, Christliche Sekten und Kirche Christi (21925, 57-80).

Wachters.

< >