Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 01-04-2019

Barbizon

betekenis & definitie

Barbizon - dorp. 60 km ten Z.O. van Parijs; ± 1850 beroemd om zijn sinds ca. 1830 aldaar gevestigde schilderskolonie, genaamd de:School van Barbizon. Het waren hoofdzakelijk deze jongere schilders, die langzamerhand een nieuwe richting in de landschapschilderkunst gaven.

Na het Klassicisme van het begin der 19e eeuw begon daarna onder de Romantiek, onder den invloed van Engelsche landschapmeesters zooals Turner, Constable en Bonington, een meer naturalistische opvatting van het landschap ingang te vinden. De hoogopgevoerde en overdreven verbeelding bij de eerste lyrische schilders der Romantiek werd nu gaandeweg door een aandachtiger observeeren der natuur gevolgd. Hoewel de Romantische opvatting nooit geheel verdrongen werd, toch veranderde gaandeweg de visie op de natuur. Als eerste baanbrekers van het nieuwe landschap zijn te noemen de Parijzenaars: Georges Michel (1763-1843) en Paul Huet (1803-1869). Langzamerhand begonnen de landschapschilders directer naar de natuur te werken: als een soort reactie tegen het zgn. atelier landschap.

Het zgn. „paysage intime” ontstond en het waren de Barbizon-meesters, die hierin uitmuntten. De voornaamste meesters, die hiertoe behoorden, waren: Charles Jacque (1813-1894), Jean Baptist Cam. Corot (1796-1875), Constant Troyon (1810-1865), Narcisse Ulysse Diaz (1807-1876), Jules Dupré (1811-1889), Théodore Rousseau (1812-1867) en Jean François Millet (1814-1876). Van grooten invloed was deze school voor de ontwikkeling van het landschap in de Holl. kunst van ca. 1860-1870, de zgn. Haagsche school.

de Stuers.

< >