Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 01-04-2019

Bacher

betekenis & definitie

Bacher - 1° Gideon, Duitsch bouwmeester uit Ulm (17e eeuw), bouwde de Hofkanselarij van Anspach, met grooten arcadenhof, in hoofdzaak laat-Gotisch met Renaissancistische details. Verder vestingwerken in Ulm (1604) en Koburg (1614).

L i t.: Dehio, Handbuch der deutschen Kunstdenkmäler (III 1925).

2° V i l m o s (Willem), Joodsch, Hongaarsch Hebraïst en oriëntalist. * 12 Jan. 1850 te LiptóSzent-Miklós, ♱ 25 Dec. 1913 te Boedapest. Schreef vele en fundamenteele studies over de Joodsche bijbelexegese.

Voornaamste werk: Die Agada der palästinensischen Amoräer (3 dln. Straatsburg 1892-1899).

< >