Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 01-04-2019

Awoeh

betekenis & definitie

Awoeh - vulkaan op het eiland Groot-Sangi in den Sangi-Archipel, N. van Celebes. Door een reeks van oude eruptiepunten, waaraan geen kratervorm meer valt te herkennen (G.

Lepoe, G. Bahoe en G. Posong) is de A. met den niet meer actieven vulkaan van Taroena verbonden. De Goenoeng A. bezit geen typischen vulkaanvorm, maar maakt den indruk van een plompen, lagen berg (± 1.300 m). De diameter van den krater is ± 1,5 km. De krater bevat een kratermeer, dat bij elke belangrijke uitbarsting wordt uitgeworpen.

Er ontstaan dan lahars of modderstroomen, die groote verwoestingen aan kunnen richten. Van den A. kent men talrijke en hevige uitbarstingen. Bekend zijn die van 1641,1711,1812,1856 en 1892.

Volgens Kemmerling, die dezen vulkaan bestudeerd heeft, kan men de volgende eruptiestadia onderscheiden: 1° het uitwerpen van het kratermeer; 2° de vorming van lahars; 3° asch- en puimsteeneruptie; 4° einde van den asch- en steenenregen; in den krater vorming van een nieuwe lavaprop; dichtslibben van den kraterbodem, waardoor een nieuw kratermeer kan ontstaan. Het karakter van den A. is dus gelijk aan dat van den Keloet op Java. Deze vulkaan zal dus steeds voor de bewoners der omringende streken gevaar blijven opleveren, tenzij men, als bij den Keloet, het kratermeer aftapt.

Lit.: A. Wichmann, Die Vulkane der Sangi Inseln. Verh. der Kon. Acad. v. Wetensch. A’dam (XXII, nr. 1, 1921); G. L. L. Kemmerling, De vulkanen van den Sangi-Archipel en van de Minahassa.

Vulkan. Meded. v. d. Dienst v. d. Mijnb. in Ned. Indië (nr. 5, 1923). Hofsteenge.

< >