Avicenna - Arabisch arts en wijsgeer, dichter en staatsman, van Perzischen oorsprong. Eigenlijke naam Ali Hoesain ibn Abdoellah ibn Sina, genaamd de vorst der artsen en de tweede meester (na Aristoteles).
De verpersoonlijking der Arabische wetenschap. Geb. 980, overl. 1036 (’37). Studeerde den Koran, de Arabische klassieken, de rechten, natuurwetenschappen en wijsbegeerte.
A. als w ij s g e e r. A. wenscht een goed Islamiet te zijn, maar wordt door zijn geloofsgenooten als rationalist aangezien: hij wil dan ook door de wijsgeeren den inhoud van het geloof laten bewijzen, terwijl het gewone volk slechts te gelooven heeft. Hij onderscheidt het universale ante rem, als oerbeeld in het goddelijk verstand, in re, verwerkelijkt in de stof, immanent in het individ. ding, en post rem, geabstraheerd en veralgemeend, enkel in het verstand bestaande. Het bestaan van God wordt bewezen uit het bestaan van het niet-noodzakelijke. God heeft echter de wereld van eeuwigheid moeten voortbrengen, en wel door trapsgewijze emanatie.
De materie is eeuwig en ongeschapen. De maansfeer-intelligentie ontvangt van boven alle vormen en doet ze neerdalen in de materie en in den menschelijken geest, waardoor zij de abstractie mogelijk maakt. God kan echter ook den mensch op bovennatuurlijke wijze, onafhankelijk van de ervaring, de kennis geven. De menschelijke ziel is onsterfelijk. — De invloed van A. op de Hoogscholastiek is zeer groot.
Werken: Het Boek der Genezing; Het Boek der Bevrijding; Het Boek der Leerstellingen en Opmerkingen ; medische, astronomische en mystische geschriften ; Commentaren op Aristoteles.
L i t.: Tj. de Boer, Wijsbegeerte van den Islam (1921); M. Horten, Die Philosophie des Islam (München 1924).
A. als geneesheer. 18 jaar oud, was hij reeds een medische autoriteit. Was lijfarts van verschillende vorsten; vond heftigen tegenstand. Na een zeer bewogen leven stierf hij, ong. 57 jaar oud. De kwantiteit zijner werken is enorm, ze handelen over allerlei wetenschappen. Zijn beroemdste medische en tevens grootste werk is de Canon (Kanoen); gedrukt in het Arabisch (moderne Egypt. uitg.), en in het Latijn vertaald door Gerard van Cremona (Venetië 1544, Rome 1593).
Het is gebaseerd op de leer van Galenus, gaat uit van diens beginselen en is verder deductief en dialectisch tot het uiterste, met zeer vele verdeelingen en onderverdeelingen. Het werk telt meer dan één millioen woorden (Arab.) en diende eeuwenlang in Europa als belangrijkste leerboek. Door den aard van zijn leeswijze heeft het remmend gewerkt op de ontwikkeling, want alle vraagstukken waren daarin reeds opgelost. Als uitgewerkt systeem is het nooit geëvenaard. In de Renaissance keerde men zich tegen Avicenna; Paracelsus verbrandde zijn boeken op de markt in Bazel in 1528.
L i t.: E. G. Browne, Arabian Medicine (Cambridge 1921); L. Leclerc, Histoire de la Médicine Arabe; Brockelmann, Geschichte der Ar. Literatur; O. Cameron Gruner, A Treatise on the Canon of Medicine of Avicenna, incorporating a translation of the first book (Londen 1930). F. Sassen/Schlichting.