Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 01-04-2019

Audiogram

betekenis & definitie

Audiogram - Door daartoe geschikte metingen kan men voor alle in het hoorgebied liggende frequenties nagaan, welke de grootste en kleinste intensiteiten zijn, waarbij een geluid nog zuiver als geluidsindruk wordt waargenomen. Wordt de intensiteit grooter, dan gaat het geluid tevens pijn doen, men overschrijdt de zgn. drempelwaarde van het gevoel; daalt de intensiteit onder een zeker minimum, dan hoort men het geluid niet meer.

De aldus over een groot aantal personen gevonden gemiddelde waarden noemt men het normale audiogram (fig. 1). Men ziet er uit, dat een normaal mensch tonen van ca. 16—16.000 perioden per sec kan waarnemen. Bij oudere personen neemt de bovengrens geleidelijk meer en meer af. Personen van ongeveer 50-jarigen leeftijd zijn zelden in staat nog boven 7000 à 8000 perioden per sec waar te nemen.

Men ziet tevens, dat het oor het grootste intensiteitsbereik heeft tusschen 2000 en 4000 perioden per sec, zijnde het normale spraakgebied. Intensiteitsverschillen van 1000 billioen (1015) zijn hier in geluidssterkte de uiterste grenzen. Voor hoogere en lagere frequenties neemt dit bereik geleidelijk tot nul af. Een a., gemaakt van aan doofheid lijdende personen (bijv. fig. 2), maakt het mogelijk te bepalen, hoe een modern gehoorapparaat moet geconstrueerd worden, om de doofheid zooveel mogelijk te verhelpen. Dubois.

< >