Apoplif heginafa patrum - spreuken der woestijnvaders, meermalen in anecdotische verhalen vervat, van groote beteekenis voor de kennis van het oude Oosterscke (vooral Egypt.) monniksleven.
Werden die geestelijke lessen in kernachtigen vorm aanvankelijk mondeling overgeleverd, sinds het begin der 6e eeuw schijnen schriftelijke verzamelingen ontstaan te zijn. Ze werden in verschillende talen vertaald. Er bestaat nog een verzameling in alphabetische orde. Een Gr. verzameling, zakelijk geordend (volgens deugden), is bewaard in Lat., Armenische en Koptische vertaling. De Lat. werd door Rosweydus opgenomen als boek V en VI zijner Vitae Patrum. Een derde collectie vormt boek VII van dat werk, dat is afgedrukt in Migne Patr. Lat. 73 en 74. De Lat. naam is Verba seniorum (woorden van ouderen).
Lit.: Dict. Hist. Géogr. Eccl. (111,1021 vlg.); Bardenhewer, Gesch. d. altkirch.Liter. (IV 1924, 107/9).
Franses.