Aosta - 1° Ital. provinciein N.W. Piemont; 4 759 km2, 237 000 inw. (1931), 47 per km2; 105 gemeenten. Alpenvoorland. Landbouw (ooft, wijn, kastanjes), veeteelt, waterkracht, metaal-ind. Schilderachtig dal van de rivier de Dora Baltea, Val d’A o s t a genaamd.
De armoedige bevolking (80 000) is gedeeltelijk Fransch sprekend. Het dal van den grooten St. Bernhard en de pas van het Rhônedal komen hier op uit. Aan zijn uitgang is het met weiden en bosschen bedekt, heeft het mijnen en minerale bronnen en wordt door het fort Bard beschermd.
2° H o o f d s t a d van de prov. A. (Ital., 45° 44' N., 7° 19' O.), 580 m boven zee, 20 700 inw.; in een bekkendoor bergen omgeven. De vallei is beroemd om het natuurschoon. Knooppunt van Alpenwegen. Veeteelt; industrie.
Eerepoort van Augustus. Kerk van SaintOurs (11e eeuw). Bisschopszetel. Oudtijds Augusta Praetoria genaamd. Heere.