Anderlecht - voorstad van Brussel, aan de Zenne en de vaart Brussel-Charleroi; 80 046 inw.; opp. 1 778 ha. In de stedelijke agglomeratie, grenzend aan Brussel (Kuregem), zijn talrijke fabrieken: brouwerijen, stokerijen; katoenspinnerijen, -weverijen, -drukkerijen; ververijen; fabrieken van kaarsen, lucifers, schietpatronen, rijtuigen, keramiek; meubelmakerijen; ijzer- en kopergieterijen; enz. In het landelijk gedeelte (Broek, Scheutveld, Veeweide, Neerpede, Aa) wonen de „boerkoozen” (vroeger „broeckoisen” = bebouwers van het Broek van Brussels 〜 Fr. maraîchers), die Brussel voorzien van groenten. Te Kuregem worden de Brusselsche veemarkten gehouden; aldaar bevinden zich ook de slachthuizen.
Parochies: St. Pieter (centrum), O. L. Vrouw (Kuregem), St. Franc. Xav. (ibid.), Neerpede, Scheutveld, Veeweide. Onderwijs: hoogere veeartsenijschool van den Staat; bissch. college; middelb. school van den Staat; provinciale tuinbouwschool; gem. vakscholen; kostschool der zz. van O. L. Vr.; gemeentelijke en vrije lagere scholen. Kloosters: missiehuis van Scheut, moederhuis der belangrijkste Belgische missie-congregratie, aldaar gesticht in 1863 door P. Th.
Verbist (1823—1868), met missiën in China, B. Kongo en op de Filippijnen; apostolische beroepsschool (Jezuïeten); Oblaten van O. L. Vr. Onbevl.; verder een aantal kleinere kloostergemeenten, die zich wijden aan het parochiaal onderwijs. Monumentale St. Pieterskerk (14e—16e eeuw) met crypt (11e eeuw) en mooien steenen toren, voltooid in 1898; merkwaardige muurschilderingen (14e—16e eeuw), grafmonumenten en ander Brabantsch beeldhouwwerk; drieluik toegeschr. aan Hiëronymus Bosch; graf van St. Guido van Anderlecht, een volksheilige uit de 11e eeuw, waarheen een populaire ruitersbedevaart op tweeden Pinksterdag, thans nog in eere gehouden door de Brusselsche koetsiers.
Geschiedenis. Belangrijke Frankische oudheden werden te A. gevonden. Het burchtslot van A. was de zetel van een machtig heerengeslacht, dat een belangrijke rol speelde in de geschiedenis van Brussel. Het kapittel van kanunniken in de St. Pieterskerk, dat reeds in de 10e eeuw bestond, was in de 16e eeuw een brandpunt van studie, en telde in zijn rangen vooraanstaande geleerden zooals den geschiedschrijver Petrus a Thymo, den jurist Nikolaas Everaerts, Adriaan van Utrecht (paus Adriaan VI), de humanisten Busleyden, Carondelet en Wichmans, vriend en gastheer van Erasmus (het Erasmus-huis werd onlangs tot gemeentelijk museum ingericht). A. had ook zijn begijnhof, gesticht in 1252 (thans folklore-museum).
De kartuis te Scheut had maar een kortstondig bestaan (1455—1579); aldaar leefde in de 15e eeuw de gelukz. broeder Herman Coolsmet, van Lochem. In 1356 versloeg graaf Lodewijk van Male de Brabantsche ridderschap te Scheutveld, wat hem de poorten van Brussel opende. Het was vanaf de hoogten van A., dat maarschalk de Villeroy, op 11 Aug. 1695, Brussel in brand schoot. In de 19e eeuw groeide A. spoedig van landelijk dorp (2 000 inw. in 1800) tot een integreerend gedeelte van de groote stad.
Lit.: A. Wauters, Histoire des Environs de Bruxelles (I 1851—’55); Anderlecht, Histoire, Art, Archéologie, Folklore, in Folklore brabançon (X 1930).
Lindemans.
Oudste geschiedenis. De plaats St. Annaveld is van oudsher bewoond geworden. Tot den La Tène-tijd behooren grof aardewerk en een ijzeren haal, eenig in België. Bepleisterde muurresten, overblijfselen van een hypocaustum, pannen, baksteenen, aardewerkscherven en enkele metalen voorwerpen, waaronder een bronzen Marsbeeldje en een met zilver geïncrusteerde fibula, bevestigen het bestaan van een Romeinsche villa, waaraan een kleine badinrichting was bijgebouwd. Naamstempels en munten zouden haar slechts een kort bestaan in den loop der 2e eeuw toekennen.
Tot de Frankische periode behoort een begraafplaats met ongeveer 300 skeletgraven en tal van zilveren sieraden, met edelsteen belegd en met filigraan versierd, waarvan vorm en techniek ontleend zijn aan de Noordelijke volken, zooals ook de zgn. Saksische bol- en kielvormige urnen, versierd met ribben of kruisstrepen. Dit alles bewijst de gemengde cultuur van deze Frankische bevolking. Opmerkenswaardig is een groep graven zonder bijgevoegde voorwerpen, waarschijnlijk van Christenen. Een gouden munt, uit het begin der 8e eeuw, wijst erop dat deze begraafplaats nog tot dat tijdstip in gebruik was. De Maeyer.