Heilige, monnik in Ferrières, Prürn en Rome, werd daarna pastoor in Lyon en vervolgens aartsbisschop van Vienne, ca. 860. Voornaamste werken: een wereldkroniek (vooral steunend op Beda) en een Martyrologium.
Door dit laatste heeft hij bijzonder naam gemaakt, maar Dom Quentin bewees, dat hem te veel eer werd gegeven. Zelf beweert hij, van alle kanten materiaal verzameld te hebben, maar volgens Quentin steunt zijn werk voor negen tienden op één voorbeeld. Bovendien vermeldt hij als bron een klein martyrologium uit Rome, dat hij in Ravenna zou gecopieerd hebben. Quentin toont aan, dat hij het zelf gemaakt heeft. Hij heeft tenslotte de studie der oude martyrologiën ernstig bemoeilijkt. + 875.L i t. : Quentin, Les Martyrologes historiques du Moyen-Age (1908); Dict. d’Ilist. et d. Géogr. Ecclés. (I 1912, 585); Dict. Archéol. Liturg. (I, 353 vlg.).
Franses.