Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-01-2024

Adatsji

betekenis & definitie

M i n é i tc i r o, Japansch rechtsgeleerde en diplomaat. * 1870 ; in 1893 in diplomatieken dienst getreden, werd A. van 1903—1907 te Tokio met verschillende hooge ambten aan het ministerie van buitenhui dsche zaken, tevens met het hoogleeraarschap in internationaal recht en diplomatieke geschiedenis belast. Na in 1906 zijn medewerking te hebben verleend aan het vredesverdrag van Portsmouth, verliet hij in 1907 Japan tot waarneming van gezantschapsdiensten.

In 1920 ambassadeur te Brussel, neemt hij sinds 1927 dezelfde functie te Parijs waar. Hij had zitting in een Commissie van Tien voor ontwerp van een statuut voor het Hof van Internationale Justitie, vertegenwoordigde Japan in den Volkenbond, is lid van het Hof van Arbitrage (1924), het Institut de droit international (1924), het Hof van Internationale Justitie (1930), waarvan hij voorzitter werd (1930).

< >