(van Lat.: scapula, schouder) is een onderdeel van de kleding van leden van vele orden en congregaties: een brede strook die over de schouders wordt gelegd en zowel van voren als van achteren meestal tot de voeten reikt. Ook leken kunnen een scapulier ontvangen.
Uit practische motieven is dit scapulier echter gereduceerd tot twee min of meer vierkante lapjes, onderling door banden verbonden en op borst en rug neerhangend. Door het ontvangen van het scapulier wordt men met de orde waaruit het scapulier voortkomt, verbonden en deelt men in vele geestelijke gunsten.
Het bekendste scapulier is dat van O.L.Vr. van de Carmel (feestdag: 16 Juli). Andere bekende zijn: het scapulier van de Onbevlekte Ontvangenis, van de.
Zeven Smarten, van de Allerheiligste Drievuldigheid en van het H. Lijden.
De verschillende scapulieren hebben alle een eigen kleur, soms ook voorstellingen. Voor het deelachtig worden aan de gunsten is het regelmatig dragen voorgeschreven.
Alle scapulieren echter kunnen door een zgn. scapuliermedaille vervangen worden. Deze medaille moet dan aan de ene kant een afbeelding bezitten van het H.
Hart (persoon) en aan de andere kant van de H. Maagd en moet bovendien door een daartoe bevoegd priester gewijd zijn.Het zgn. scapulier van de Derde Orden is geen scapulier in bovengemelde zin: het is een reductie van een geheel eigen kleed en kan niet door de scapuliermedaille vervangen worden. L. B.
