aan de Donau in Hohenzollern, is bekend wegens het klooster, dat teruggaat op een stichting uit de 9de eeuw, omstreeks 1077 stift van reguliere kanunniken, in 1803 opgeheven. In 1863 werd het klooster opnieuw betrokken door Benedictijnen, die, onder leiding van de gebroeders Wolter en op het voorbeeld van Solesmes, het monnikenleven in Duitsland zochten te herstellen.
Sinds 1868 is het als aartsabdij van St. Maarten moederklooster van de congregatie van Beuron.
Van de dochterkloosters is vooral bekend de abdij van Maria-Laach (Ildefons Herwegen, Odo Casel). De Belgische abdijen van Maredsous en Keizersberg te Leuven scheidden zich in 1920 af om een eigen congregatie te vormen.Onder Beuroner School verstaat men de kunstrichting, ontwikkeld door de Beuroner monnik Desiderius Lenzie (overleden 1928), die zowel in de architectuur als in de plastiek en de decoratieve kunst de canons van de Egyptische en antieke kunst trachtte toe te passen en naar monumentale en waardige uitdrukkingswijze zocht. Bekend zijn de St. Mauruskapel te Beuron, de Kruiswegstaties in de Mariakerk te Stuttgart en de thans grotendeels vernielde fresco’s en mozaïeken in de abdij van Monte Cassino. Een Nederlandse Beuroner was Dom Willibrord Verkade (1868-1946), schrijver van Van ongebondenheid en heilige banden. B. V.
D. B./C. A. B.