1. Eig. het slaan, wending van de boeg.
2. Metn. wind in zover hij op de slagboeg (1) in werkt : hij kreeg nog een gunstige - en kwam bijtijds aan; de meehebben, ook Fig. geluk hebben.
3. Metf. [van 2] gelukje, buitenkans : dat was een voor hem.
Gepubliceerd op 18-02-2020
betekenis & definitie
1. Eig. het slaan, wending van de boeg.
2. Metn. wind in zover hij op de slagboeg (1) in werkt : hij kreeg nog een gunstige - en kwam bijtijds aan; de meehebben, ook Fig. geluk hebben.
3. Metf. [van 2] gelukje, buitenkans : dat was een voor hem.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: