('mi:tərən) (mieterde, gemieterd) Plat.
I. [mieter I]
1. (heeft) smijten : iemand eruit -.
2. (is) tuimelen : hij mieterde naar beneden.
II. (heeft) [mieter II] schelen : dat kan hem niets -.
Gepubliceerd op 12-02-2020
betekenis & definitie
('mi:tərən) (mieterde, gemieterd) Plat.
I. [mieter I]
1. (heeft) smijten : iemand eruit -.
2. (is) tuimelen : hij mieterde naar beneden.
II. (heeft) [mieter II] schelen : dat kan hem niets -.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: