('a:n) (voer aan, aangevaren)
I. (heeft)
1. in de vaart aanraken: een boot -.
2. varend aanbrengen: bouwstoffen -
II. (is)
1. varen naar: op een baken -
2. in 't voorbijvaren bezoeken : bij iemand -
3. varend aankomen : -de schepen
4. in de vaart stoten tegen iets: als een schip aanvaart...
5. varend naderen.