I ('a:n) (pootte aan, heeft aangepoot) ter aanvulling van de voorraad poten : hij heeft veel aardappelen aangepoot. Syn. aankweken.
II aanpoten ('a.n) (pootte aan, heeft aangepoot) voortgang maken met een werk : geducht moeten -.
Gepubliceerd op 24-06-2020
betekenis & definitie
I ('a:n) (pootte aan, heeft aangepoot) ter aanvulling van de voorraad poten : hij heeft veel aardappelen aangepoot. Syn. aankweken.
II aanpoten ('a.n) (pootte aan, heeft aangepoot) voortgang maken met een werk : geducht moeten -.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: