Hoewel het bijbelboek Exodus spreekt over Israëls bevrijding uit Egypte, is dit buurland van Israël toch sinds de Babylonische ballingschap en nog veel meer sinds de verovering van Egypte door Alexander de Grote (332 v. C.) een belangrijk centrum van joodse diaspora geweest, vooral in Alexandrië.
Door de sterk afkeurende houding van de joden tegenover de Egyptische dierverering en de Egyptische irritatie over het exclusivistische joodse monotheïsme ontstonden er spanningen tussen beide bevolkingsgroepen, mede onder invloed van politieke factoren, die in de eerste eeuw n. C. tot enkele geweldsuitbarstingen over en weer leidden (pogrom). In 115 n. C. sloeg de grote anti-Romeinse opstand in Cyrene (Libië) over naar de joden in Egypte. In een uiterst wrede oorlog van twee jaar tijd werd vrijwel de gehele joodse gemeenschap in Egypte uitgeroeid. Pas in de Arabische tijd bloeit die weer op.