Niets anders hebben wij, aangaande deezen persoon, te berigten, dan dat hij, als gewoon huisknegt, in dienst was van den Raadpensionaris JOAN DE WITT ten tijde als deeze zich na de Gevangenpoort in ’s Graavenhage begaf, met oogmerk om zijnen broeder den Ruwaard van daar af te haalen, doch met eenen uitslag, welke aan niemand onbekend is. VAN DER WISSEL volgde zijnen Heer derwaarts; doch vertrok, op bevel van den Fiskaal, ongemoeid van daar, eer nog het deerlijk moorden eeeen aanvang nam.
Zie J. WAGENAAR, Vaderlandsche Historie.