Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 20-10-2022

GERBRANDUS, JOHANNES

betekenis & definitie

anders JOHANNES DE LEIDIS, naar zijne Geboorteplaats Leiden, Monnik en Prioor in ’t Convent van de Carmeliten te Haarlem; een vermaard man, en inzonderheid door zijne Latijnsche Chronijk van de Graaven van Holland en Bisschoppen van Utrecht, onder den tijtel, van Rerum Belgicarum Annales, Chron. & Hist. de bellis, Urbibus, Situ & Moribus Gentis; beginnende van CHRISTUS geboorte, en eindigende met het Jaar 1417. Zijn Chronijk is meerendeels gevolgd door den Schrijver van de Oude Hollandsche Chronijk. Hij leefde onder de Regeering van MAXIMILIAAN DEN I, en heeft ook de Historie van zijne Orde, in tien Boeken, beschreeven. Wijders heeft hij eenige Godgeleerde Schriften nagelaaten. Zijn laatste letterarbeid was, de Chronijk der Abten van Egmond. Vóór zijne gemelde Chronijk van Holland en Utrecht, uitgegeeven door V. SWEERTIUS, had hij bijeengebragt de Historie der Hollanderen; welk werk hij, in de Voorreden zijner Chronijk, herroept, om dat hij naderhand van de waarheid der zaaken beter is onderricht geworden, en zulks wel na een Tienjaarigen arbeid. Met dit alles, egter, dient men den Leezer te waarschuwen, dat ’er nog zeer veele onzekerheden in gevonden worden, en de verdichtzelen der Monniken aldaar zeer menigvuldig zijn. Hij is te Haarlem, in ’t Jaar 1504, overleden.

BOXORN, GOUDHOEVEN, PARS en ORLERS Beschrijv. van Leiden.

< >