twee afzonderlijke Heerlijkheden, in Staatsch-Braband, onder Peelland behoorende, die beiden onder één Heer staan, gelijk ook de beide Gereformeerde Kerken aldaar te zaamen vereenigd zijn; ook worden ze te zamen als ééne Heerlijkheid aangemerkt. In het jaar 1397 hadden deze Heerlijkheden (toen maar één zijnde) niet meer dan een laag en slechts middelbaar rechtsgebied, waarna, in 1559, het hoog of halsgerecht gevolgd is.
In den jaare 1660 werd de verpanding, waaronder de Heerlijkheid Deurne stond, wel afgelost, doch maar alleen voor een korten tijd, terwijl de Heerlijkheid nog in dat jaar erflijk verkocht werd aan den Heer ROGIER, Baron van Leefdaal.Niet lang daarna, in 1678, hebben Hunne Hoog Mogenden Deurne en Liesel van elkander gescheiden, en elk derzelven voor eene bijzondere Heerlijkheid verklaard hebbende, aan de eigenaars daarvan vergund, in ieder van dezelve een’ bijzonderen rechtbank aantestellen; waarvan, echter, eerst lang daarna gebruik gemaakt werd. De laatstvoorgaande bezitter daarvan was de Heer THEODOOR DE SMETH, die te gelijk Heer van Alphen, in Holland, en Oud-Schepen der Stad Amsteldam was. Hij had aldaar het recht van aanstelling van Drossaart, Schepen, Secretaris, Vorder, Schutter, Koster en Schoolmeesters; en in de beide Dorpen, tot de Heerlijkheden behoorende, het recht van de Jagt, Visscherij, Houtschat en andere Domeinen. Ook is de eigenaar van dezen grond, Heer van een gedeelte der Heide, aan de Heerlijkheid onderhoorig, uit kracht van deze grondheerlijkheid is het, dat de Heer van Deurne en Liesel, van ieder morgen der ingegraaven, en tot bouw- en weiland bekwaam gemaakte Heide, jaarlijks zes stuivers cijns trekt.
Het Dorp Deurne ligt anderhalf uur gaans ten zuidoosten van Helmond, hebbende een tamelijke groote Kerk, met een gemetzelden Toren, die met een hoogen spits voorzien is; welke spits, in ’t jaar 1734, benevens een gedeelte van den Toren, door den blixem, in den brand geraakte, waardoor de klokken, gelijk wasch, smolten; doch kort daarna is alles in de voorige gedaante hersteld. Aldaar was, een tijd lang, een volledige Kerkenraad; doch, door gebrek van bekwaame mannen, is dezelve, in het jaar 1760, tot op een halven gesmolten. De mans Ledemaaten na dien tijd wederom toegenomen zijnde, werd, volgens Resolutie van Hunne H. Mog. dezelve, den 29sten Julij 1767, wederom hersteld, en heeft als nu het recht van vrije beroeping.
Buiten het Dorp staan twee Kasteelen, welker ééne zeer oud en vervallen is. Het andere is ook oud, doch, door den tijd, zo zeer veranderd en verbeterd, dat het tot een fraai en gemaklijk woonhuis verstrekken kan. Het staat een vierde uur gaans oostwaard van de kerk, is allerwegen omringd met breede watergrachten, en heeft sierlijke tuinen en plantagiën. Beide Kasteelen werden, in het jaar 1512, toen Deurne, door de Gelderschen, verbrand werd, mede in een asch- en puinhoop veranderd.