Indonesisch Nederlands woordenboek

W. J. S. Poerwadarminta en dr. A. Teeuw (1950)

Gepubliceerd op 04-10-2024

adat

betekenis & definitie

1 adat, traditie, gewoonte(recht) overgeleverde instellingen;

2 gebruik(en) regel, manieren; adat isti'adat, ± idem; zeden; pada adatnja, gewoonlijk; hukum adat, adatrecht; kata adat, adatspreuk; kurang adat, ongemanierd; membawa adat, menstrueren; mengisi adat, verplichtingen nakomen; tahu adat, manieren kennen; itu adat dunia, dat is ‘s werelds loop;

beradat,

1 volgens de adat, traditioneel, volgens gewoonte;
2 adathandelingen (plechtigheden) verrichten;

mengadatkan,

tot adat verklaren, tot gewoonte maken; teradat, gewoonte worden, gebruik(elijk) geworden, in zwang raken.

< >