Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Gepubliceerd op 22-05-2021

Seizoen

betekenis & definitie

jaargetijde, tijdvak met eigen karakter ten aanzien v. temperatuur, weersgesteldheid, enz.; ontstaat tengevolge v/d helling, die de aardas m/d → ecliptica maakt (waardoor het. hoogste punt v/d zon boven den horizon, zich dagelijks wijzigt) en d. afstand v/d aarde tot de zon. Het jaar heeft vier seizoenen: Lente, Zomer, Herfst en Winter, die resp. 21 Maart, 21 Juni, 21 Sept. en 21 Dec. aanvangen.

< >