1) in 4 families (honden, marters, kleine heren en heren) verdeelde onderorde v/d roofdieren;
2) fam. v. 1) teenganger met niet terugtrekbare klauwen, hooge pooten, slank lichaam, langen staart, verdeeld in 2 groepen: wolfachtigen en vosachtigen;
3) hond of huishond (cams familiaris), stamt v. verschill. rassen af, reeds v. vóór-hist. tijd af huisdier, brengt 63 dagen na paring 4—9 blinde jongen ter wereld. Talrijke groepen: jacht-, heem- of waak-, herders-, trek-h., enz.