sinds 1830 Fransche kolonie in N.W. Afrika met de gebieden ten Z. en een deel der Sahara, 7 mili. inw., waarvan 1 mill.
Europeanen en een sterk gemengde bev. V. Berbers, Mooren, Arabieren en Joden. Verdeeld in Eigenl. A. met de 3 departementen Algiers, Constantine en Oran, 4 Zuiderdepartementen Aïn, Sefa, Toeggoert en Gardaja en de oasen in de woestijn. Geen bevaarbare rivieren.
Uitv. v. wijn, olijfolie, graan en phosphaten. Omvat Numidië en Mauretanië der Oudheid, achtereenvolgens door Vandalen, Berbers en Arabieren beheerscht, 15e eeuw land v. zeeroovers; 1519/1708 Turksch leen, daarna tot 1830 onafh., vervolgens strijd met Frankrijk, dat 1847 den leider der opstandelingen Abd el Kader gevangen nam, doch het land bleef de geheele 19e eeuw onrustig.