onafh. keizerrijk m Afrika, 10—12 milt. inw., 1 120 000 km*, 2200/2800 m hoog
met steile randgebergten, die het gebied tot een natuurlijke vesting maken. Staatsgodsdienst: Koptisch Christendom, verder Moslims en Kath. Landbouw en veeteelt voorzien in een karig bestaan; koffie, suikerriet, katoen en dadels; uitvoer van huiden (ook tijger- en apenvellen), koffie, graan, goud en was. De bodem is vrij rijk aan delfstoffen, die men met vreemd kap. begint te ontginnen. Sinds 1917 spoorw. van Djiboeti naar Addis Abeba, de hoofdstad (2 x p. week een trein).
A. is het Ethiopië der Oudheid, sedert de 4e eeuw Christelijk keizerrijk; verloor in 1868 Magdala aan Engeland; 1889/96 onder Italiaanse!) protectoraat; 1917/30 Ras Taffari regent voor keizerin Zaïdoetie, zijn tante; sedert is Taffari keizer (Selassi I). A, is sedert 1923 lid v/d Volkenbond.
