Wie vuil geworden olieverf-schilderijen wil schoonmaken, moet heel voorzichtig te werk gaan. Het eenige, wat een leek eraan kan en mag doen, is, de schilderijen te „wasschen” met een zacht penseel, gedoopt in gezuiverde terpentijn.
Die bewerking moet zoo vlug mogelijk geschieden, in een deel van een minuut, langer niet. Dan veegt men het schilderstuk met een zacht doekje schoon, uiterst voorzichtig te werk gaande bij dien subtielen arbeid. Als op deze manier stof en vuil verwijderd zijn, kan het schilderij een nieuw vernis-laagje krijgen.Een onschuldig middel, dat door schilders zelf gebruikt wordt is het volgende: eerst wordt het schilderij van de lijst ontdaan, wat een eenvoudige bewerking is, daar het zoogenaamde spieraam met doek, of het paneel, met eenige spijkers in de lijst bevestigd is. Daarna wrijft men onder de kraan van de waterleiding het schilderij schoon met een doorgesneden rauwen aardappel. Op deze manier wordt alle stof en vettige aanslag verwijderd. Dan laten drogen, na het schilderij goed gespoeld te hebben.
Als bij het ophangen van schilderijen een spijker in een muur geslagen moet worden, zonder dat groote stevigheid of een bepaalde plaats een vereischte is, dan moet men juist in een voeg slaan. Bij betengelde muren is 't gemakkelijkst, de duimen of spijkers in een tengel langs het plafond te slaan. Kan dit niet, dan maakt men met een dun boortje een gat in den muur en slaat daarin een houten propje, dat even lang is als de opening, maar iets dikker. Het moet kegelvormig toeloopen, zoodat men het vast kan slaan.
Om lichte voorwerpen, zooals portretten, op te hangen, kan men gebruik maken van koperen hangertjes.