Spinnen behoren tot de Orde Araneae en er zijn meer dan 30.000 soorten over de hele wereld verspreid. Ze bestaan uit een kopborststuk en een achterlijf en ze hebben vier paar poten.
Aan het einde van het achterlijf bevinden zich de spintepels. Niet alle spinnen maken echter een web. Het spinsel wordt ook gebruikt om cocons te maken voor de eitjes, of om de prooi in te wikkelen. Het spinsel dient zelfs om korte vluchten door de lucht mee te ondernemen.1 Wolfspinnen (familie Lycosidae) en Piraatspinnen (familie Pisauridae). Over de gehele wereld verspreid; tot 1,3 cm lichaamslengte; bruin.
2 Roodpotige tarantella (Brachyrelma smithi colima). Mexico; de poten overspannen 18 cm; zwart met rode banden om de poten.
3 Springspinnen (familie Salticidae). Over de hele wereld; minder dan 1,7 cm; vaak mooi van kleur.
4 Echte spinnen (familie Araneidae). Over de hele wereld; 1,3 cm.
5 Huisspin (Tegenaria spe). Tot 1,5 cm; lange poten.
Tot de Wolfspinnen behoort de beruchte ’tarantella’, maar nog gevaarlijker is de ’zwarte weduwe’ die in Amerika voorkomt. Springspinnen beloeren en bespringen hun prooi. De bekendste webben zijn de wielwebben die door de familie Echte spinnen worden gemaakt. De webben zijn te vinden in de tuin, maar ook binnenshuis. Spinnen zijn helemaal niet zo griezelig en gevaarlijk als wel gedacht wordt. De meeste soorten zijn juist goede helpers.
Verzorging.
Spinnen kunnen worden ondergebracht in een aquariumbak die aangepast is.
1 Afdekking die door de spinnen niet te passeren is.
2 Rotspartijtje.
3 Bodembedekking van gravel.
4 Lampen voor de warmtevoorziening.
5 Cactussen of andere planten.
6 Waterschotel met spons - spinnen drinken niet direct, maar reinigen de mondwerktuigen.
Voedsel.
Levende insekten. Spinnen vervellen regelmatig en gedurende die periode zijn de dieren niet actief en kunnen een andere kleur hebben. Voor kleinere spinnen kan men een tijdelijk onderkomen maken van een fles of jampot met doorgeprikt deksel. Ook waterspinnen zijn de moeite waard in een beplant koudwateraquarium of in een kleinere bak.
In plaats van een wat tropische bak (boven beschreven) kan men ook andere milieus nabootsen. Voor de webspinnen zullen er meer takken aangebracht moeten worden, zodat er een web aan bevestigd kan worden.
Het web.
Het klassieke web is het wiel dat vaak in de tuinen te zien is. Elk draadje is niet meer dan 0,003 mm dik. Na het maken van de steundraden en het raamwerk worden de spaakdraden aangebracht.
Vanuit het middelpunt wordt een spiraaldraad aangelegd en de mazen worden dan opgevuld.