Het verlies van nestgelegenheid in de natuur kan worden gecompenseerd met nestkastjes. Nu heeft elk paartje vogels een eigen territorium nodig waarin het nest is gelegen en waarin voedsel gevonden kan worden.
Daarom moeten er niet teveel nestkastjes worden opgehangen in een kleine tuin. Het gevolg zou zijn dat er heel wat vechtpartijen zouden plaatsvinden. De vogels moeten ook aan de kastjes kunnen wennen.Nestkastjes voor vogels kunnen in verschillende formaten worden gemaakt of gekocht. De grootte van de ingang bepaalt echter welke vogel er gebruik van zal maken. De nestkastjes worden liefst gehangen aan een muur of boom op het zuiden; uit de wind. Ook moeten er natuurlijk geen katten bij kunnen. Er zijn verschillende types, maar altijd moeten er in de bodem drainageopeningen zitten.
a Kastje van 25 x 15 X 10 cm met open front. Dit kastje is geschikt voor kleine vogels die in bomen en struiken nestelen.
b Kastje van 28 X 13 X 13 cm met een rond vlieggat, 2,5 cm in doorsnee. Dit kastje is geschikt voor holebroeders zoals mezen. Met een vlieggat van 5 cm doornsee voor mussen, spreeuwen en winterkoninkjes,
c Nestkastje voor holebroeders gemaakt van uitgehold stuk boomstam.
Vleermuiskastjes.
Vleermuizen zijn nachtdieren die overdag ondersteboven hangen te rusten. Ook deze dieren zijn veel geschikte 'roestplaatsen' kwijtgeraakt. Het kastje voor hen is gemaakt van ruw hout en moet minstens 2 meter hoog in een boom worden gehangen.
Het is eigenlijk een kubus van 20 cm met een gleuf van 2 cm breed in de bodem als ingang.
