Ruyter, Michiel Adriaenszoon de
(1607-1676) Nederlandse vlootvoogd. Begon op 10-12-jarige leeftijd als bootsjongen op een koopvaardijschip. Werd in 1641 kapitein op een Zeeuws kaperschip. In 1653 benoemd tot vice-admiraal van de Amsterdamse Admiraliteit (bestrijding zeerovers in de Middelandse Zee; Noorse oorlogen) en in 1665 tot opperbevelhebber van de gehele vloot van de Staten-Generaal, waarmee zijn roem begon. Behaalde op zijn vlaggeschip ‘De Zeven Provinciën’ de overwinningen in de Vierdaagse Zeeslag (1666), bij Solebay (1672), Schoneveld (1673) en Kijkduin (1673) en ondernam de tocht naar Chatham (1667). De slag in de Middelandse Zee tegen de Fransen met een te zwakke vloot heeft R. niet overleefd. Zijn gebalsemde lijk werd begraven in de Nieuwe Kerk te Amsterdam (praalgraf Rombout Verhulst). In zijn geboorteplaats Vlissingen staat op de kade aan de Westerschelde het standbeeld van deze reeds tijdens zijn leven vereerde volksheld.