Naamwoord: groententeelt, groentenkwekerij, moezerij, aspergekwekerij, groentebed, groenten van de koude grond, nieuwe groenten, primeurs, groentenmarkt, groenmarkt, groenselmarkt (Zn.), groenteveiling, groenkelder, groentewinkel, grutterswinkel, grutterswaren.
erwtenland, erwtenbed, erwtenrijs, erwtentijd, groentebed, booncultuur (..kuituur), bonenland, boonakker, bonenbed, bonenrank, bonenstaak, bonenstok, bonenhout, bonentollen, boontol, een tol bonen, bonenmeel, bonenstro, boonhalm, bonenbreker, boonkneuzer, aspergemes, aspergesteker.
groente, hakvrucht.
groenteboer, groenboer, groenselboer (Zn.), groenman, grutter, warmoezenier, berkoos (Zn.), groentevrouw, groenvrouw, groenselwijf (Zn.).
Gepubliceerd op 20-03-2024
Groententeelt
betekenis & definitie