Beursverordening - voorschrift waaraan de bezoekers der beurs zich hebben te houden.
De door den Raad der gemeente Amsterdam op 5 Juli 1905 vastgestelde Verordening op de Beurs van Koophandel bevat o. a. de volgende bepalingen Art. 1. De Beurs van Koophandel te Amsterdam wordt gehouden onder toezicht van Burgemeester en Wethouders in het Beursgebouw op het Damrak, in de daartoe voor de Koopmansbeurs en Korenbeurs door den Gemeenteraad aangewezen ruimten.
Art. 2. In het houden van het toezicht, in artikel 1 bedoeld, met name in het handhaven der orde, worden B. en W. bijgestaan 1°. voor de Koopmansbeurs door een College v. Commissarissen.
2°. voor de Korenbeurs door de Commissie voor den Graanhandel.
Het College van Commissarissen bestaat uit vijf leden, die door B. en W. worden benoemd en ontslagen. De samenstelling en de bevoegdheid van het collegie worden door B. en W. geregeld.
De samenstelling en de bevoegdheid van de Commissie voor den Graanhandel worden door den Raad bij afzonderlijke verordening geregeld.
Art. 3. De Beurs van Koophandel wordt niet gehouden op Zondag, op Nieuwjaarsdag, Goeden Vrijdag, Christelijke tweede Paasch- en Pinksterdagen, Hemelvaartsdag, Kerstdagen en den verjaardag der Koningin, en op de dagen, door B. en W. aan te wijzen.
Art. 4.
a. De koopmansbeurs gaat aan om 11/2 uur namiddags en loopt af om 31/2 uur namiddags. De daartoe door B. en W. aan te wijzen toegangen zijn geopend van 1 — 13/4 en van 21/2—31/2 uur namiddags.
b. Op marktdagen gaat de Korenbeurs aan te 9 uur voormiddags en loopt af om 31/2 uur namiddags; op andere dagen gaat zij aan om 11/2 uur namiddags en loopt zij af om 31/2 uur namiddags.
Onder marktdagen worden verstaan Maandag, Woensdag en Vrijdag en, in de gevallen waarin op Maandag geen beurs plaats heeft, Dinsdag en Vrijdag. De beursklok luidt van 1.30 tot 1.45 uur namiddags.
Art. 5. Het is verboden In de Koopmans- en Korenbeurs, de orde te verstoren, iemand in de uitoefening van zijne zaken te belemmeren of iemand overlast of hinder aan te doen; standplaatsen in te nemen buiten de door den Gemeenteraad aangewezen ruimten, nissen, zitplaatsen, monstertafels of monsterkastjes in te nemen, indien daarvoor geen vergunning is verleend door B. en W.; aankondigingen of reclames op te hangen tegen de muren, pilaren en zitbanken en tegen of in de nissen.
