Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 07-06-2019

Sardinia

betekenis & definitie

Sardinia - Σαρδώ, het tegenw. eiland Sardinië in de Tyrrheensche zee, hetwelk de Carthagers na den eersten punischen oorlog met Corsica moesten afstaan (238). Op de kust lagen phoenicische, carthaagsche en tyrrheensche volkplantingen.

Het bezit van het eiland, zoowel door Rome als door Carthago, bepaalde zich eigenlijk tot het kustland. Het hart des lands, het bergland der Montes insāni, werd nooit geheel onderworpen, en gedurig worden krijgstochten der Rom. tegen de Sardi (z. a.) vermeld.

In 450 na C. kwam het eiland in handen der Vandalen. Het land was niet onvruchtbaar, doch aan landbouw werd weinig gedaan.

Er waren schapen, die op geiten geleken; op de kusten werden veel konijnen gevangen, verder leverde het land graan, boomvruchten, zilver en ijzer op. De sardinische honig was eenigszins bitter, evenals de corsicaansche; vandaar: amarior melle Sardo.

Er groeide een klimplant, Sardonia herba, met giftige eigenschappen, die een stuipachtig vertrekken van den mond te weeg bracht, risus Sardonius.

< >