Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 18-06-2019

Cohortes praetoriae

betekenis & definitie

Cohortes praetoriae - . Augustus richtte een gardecorps op van 9 cohorten, elk 1000 man sterk, waarvan er echter niet meer dan 3 te Rome in garnizoen lagen, die bij de burgers ingekwartierd

werden en buiten dienst de toga mochten dragen, weshalve zij ook wel cohortes togatae worden genoemd. Deze garde had hooger soldij en korter diensttijd dan de overige troepen. Hiervan onderscheiden is de bataafsche lijfwacht, de corporis custodes (z. a.). Op aansporing van Seiānus liet keizer Tiberius voor de praetorische cohorten eene vaste legerplaats, castra praetoria, bouwen in den N.O. hoek van Rome. Vitellius ontbond de praetoriaansche garde, omdat zij voor Otho tegen hem had gestreden, en richtte eene nieuwe van 16 cohorten op.

In de geschiedenis van Rome speelden de praetorianen eene groote rol: keizers werden door hen op den troon geplaatst en vermoord, éénmaal zelfs, in 193 na C., verkochten zij de keizerlijke waardigheid aan den meestbiedende. Keizer L. Septimius Sevērus ontbond de garde in 194 en verving ze door een andere. Onder Constantijn werd zij afgeschaft en hare legerplaats afgebroken. In het eerst stond de garde onder twee praefecti praetorio, tijdens Tiberius onder één, later weder onder één of twee of drie.

< >