Catana - Κατάνη, thans Catania, kolonie van Chalcis, omstreeks 725 aan den voet van den Aetna gesticht. Door de vruchtbaarheid van den bodem steeg de stad spoedig tot een hoogen trap van bloei, totdat Hiero van Syracuse ze in 476 veroverde en de bewoners naar Leontīni overbracht, terwijl hij daarentegen Catana weder bevolkte met 5000 Syracusanen en 5000 Peloponnesiërs, en den naam der stad in Aetna veranderde. Na Hiero’s dood (461) hernamen de Cataniërs hunne stad; de door hen verjaagde bewoners verhuisden naar Inessa, dat voortaan Aetna heet.
De Cataniërs moesten echter opnieuw zwichten voor Dionysius (403) en later nogmaals voor Agathocles. In den eersten punischen oorlog viel de stad in handen der Rom. Sedert Augustus, die er kolonisten heenvoerde, is het naast Messana de belangrijkste stad van Sicilië.