Callisthenes - Καλλισθένης, 1) van Olynthus, bloedverwant van Aristoteles, die hem tegelijk met Alexander onderwijs gaf; later leefde hij te Athene, waar hij geschiedenis en natuurlijke historie beoefende. Hij voegde zich later bij Alexander op diens tocht door Azië, maar nam hem door zijne vrijmoedigheid zoo tegen zich in, dat deze hem zelfs van medeplichtigheid aan eene samenzwering betichtte en gevangen liet zetten (327) en hem v. s. liet ter dood brengen. Hij beschreef in verscheiden werken, waarvan de bekendste waren de Ἑλληνικά, de geschiedenis van zijn tijd en werd door latere schrijvers dikwijls geraadpleegd.
Het eenige overgebleven werk dat zijn naam draagt, de bekende Alexanderroman, is zeker onecht.—2) atheensch redenaar van de anti-macedonische partij, die bij het einde van den heiligen oorlog (z. Phocis) maatregelen nam om de stad te verdedigen; hij was een van de redenaars, wier uitlevering door Alexander geëischt werd. Later werd hij genoemd als een van de personen, die zich door Harpalus hadden laten omkoopen.