Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 18-06-2019

Bactria, Bactriāne

betekenis & definitie

Bactria, Bactriāne - Βακτριανή, gewest in het N.O. van het perzische rijk, door den Oxus (Amu- Daria) doorsneden. In overouden tijd bestond hier een bactrisch rijk, dat door de Mediërs werd veroverd, waarna de godsdienst van Zarathustra, die in Bactrië heerschte, staatsgodsdienst werd in Medië. Na Alexander d.

Gr. kwam het onder Seleucus, den stichter van het Syrische rijk; doch in 250 scheurde Bactria zich van Syrië los onder zekeren Diodotus, een Griek. Onder hem en zijn opvolger breidde Bactria zich uit tot een grooten, bloeienden staat, die een duizendtal steden telde. Doch tweespalt werd de oorzaak, dat omstreeks 150 de Parthen samen met de Hunnen (Φαυνοί) zich vóór en na van de bactrische provinciën meester maakten, en Bactria zelf in 140 door de scythische Sacers vermeesterd werd.

< >