Germanicus, Iulius Caesar - Romeins veldheer (15 v.C.-19 n.C.). Hij was een zoon van Nero Claudius Drusus en Antonia, dochter van Marcus Antonius. Hij was gehuwd met V. Agrippina Maior en in 4 n.C. geadopteerd door Tiberius. Germanicus onderscheidde zich als veldheer tijdens de veldtochten in Germanië en Pannonië, waarheen zijn echtgenote hem steeds volgde.
Hij voerde het bevel over de legioenen aan de Rijn en bedwong een muiterij in 14 n.C., kort na de troonsbestijging van Tiberius. Met drie legioenen trok hij de Rijn over tegen de Marsi, zonder daartoe opdracht van de keizer te hebben gekregen. Germanicus brak de belegering van Arminius en bevrijdde Segestes en liet de gebeenten van de gesneuvelden in het Teutoburgerwoud in 9 n.C. begraven. In 16 riep Tiberius hem terug en zond hem in 18 naar het Oosten, nadat de keizer Germanicus in 17 een triomf te Rome had moeten toestaan. Germanicus voelde zich achteruitgesteld, was wel eerzuchtig, doch minzaam in de omgang, zodat hij voor velen sympathieker was dan de keizer zelf. De oude republikeinen hadden op Germanicus al hun hoop gesteld. Door eigenmachtig optreden in Syrië en Egypte haalde hij zich in 19 n.C. een door de keizer gezonden toezichthouder op de hals, nl. Cn. Piso, als gouverneur van Syrië. De vijandschap tussen de legaat en Germanicus groeide.
Kort daarop stierf Germanicus in Anti ochië. In de ogen van velen stierf hij door een aanslag, door Piso gedirigeerd.