Willem I de Zwijger, sinds 1544 prins van Oranje, graaf van Nassau. Katzenelnbogen, Vianden.
Dietz, Buren. Lingen en Leerdam: markgraaf van Veere, Vlissingen en Bergen op Zoom; baron van Breda. IJsselstein, Diest. Cuyck enz., stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht (1559-67. 1572-84). *25.4.1533 Dillenburg, ✝ (verm.) 10.7.1584 Delft: zoon van Willem I van Nassau (de Rijke) en Juliana van Stolberg-Wernigerode. Huwde 8.7. 1551 Anna van Egmond (→ Anna van Buren, ✝ 24.3.1558).Zij bracht hem een groot aantal goederen in: het graafschap Buren en de steden Leerdam, IJsselstein, Acquoy, Eindhoven. St.Maartensdijk en bij de dood van haar moeder Bevenveert. Huwde vervolgens 24.8.1561 → Anna van Saksen-Meissen (1571 gescheiden). 12.7.1575 → Charlotte de Bourbon (✝ 5.5.1582) en 24.4.1583 → Louise de Coligny. Werd 1544 ten gevolge van het sneuvelen van zijn neef René van Chalon prins van Oranje. Werd door Karel v aan zijn lutherse omgeving onttrokken en kwam 1545 aan het Hof in Brussel; 1551 kapitein. 1555 kapitein-generaal van het leger bj Givet, 1569 lid van de Raad van State en ridder van het Gulden Vlies: 1559 stadhouder van Holland. Zeeland en Utrecht.
Willem, de belangrijkste figuur uit de eerste helft van de → Tachtigjarige Oorlog, keerde zich tegen de centraliserende plannen van Filips, omdat hem een Ned. regering van de adel voor ogen stond, die zou berusten op de oude privilegiën, onder oppergezag van de koning (een middeleeuws ideaal dus). Na 1559 vroeg hij met Egmond en Hoorne herhaaldelijk ontslag als lid van de Raad van State, toen bleek, dat deze verantwoordelijk werd gesteld voor regeringsmaatregelen. terwijl hij alleen advies kon geven en de werkelijke macht bij Granvelle berustte. Organiseerde 1562 de Ligue der hoge adel, die 1564 het vertrek van Granvelle wist te bewerken. De regering kwam echter niet in handen van de hoge adel, waarna Egmond naar Spanje werd gezonden om dit alsnog te bereiken. Na de brieven van → Segovia (nov. 1565) ontglipte de oppositie aan de hoge adel en ging naar de lage adel: het → Compromis kwam tot stand, waarmee Willem contact onderhield via zijn broer Lodewijk (van Nassau). De → Beeldenstorm werd door Willen veroordeeld, omdat een volksregering het einde van de adelsheerschappij zou betekenen.
In 1507 week hij bij de komst van Alva uit naar Dillenburg. Deed 1568 drie aanvallen van het oosten uit, die echter mislukten, doordat de Nederlanden niet in beweging kwamen en de Duitse lutherse vorsten werkeloos bleven, terwijl Willems broer Adolf bij Heiligerlee sneuvelde. Hij wendde zich toen tot Frankrijk, verenigde zich met het leger van admiraal De Coligny te Limoges in de Derde Godsdienstoorlog (1568—70). maar moest na de nederlaag van de hugenoten bij Moncontour (okt. 1569) naar Dillenburg vluchten. In 1570 zocht Paulus Buys te Arnstadt namens Holland contact met Willem. De inval van 1570 mislukte echter ook, maar met de inneming van Den Briel door de Watergeuzen (1572) kwam het keerpunt. Pas de mislukking van het derde veldtochtsplan door de Bloedbruiloft te Parijs, waardoor er geen hulp uit Frankrijk zou komen, en de val van Mechelen, Zutphen en Naarden brachten Willem ertoe zich bij de calvinisten in Holland aan te sluiten: nov. 1572 ging hij naar Holland, 1573 werd hij calvinist.
Met de → Pacificatie van Gent leek Willems ideaal, vrijheid van de gezamenlijke Nederlanden, met verdraagzaamheid op godsdienstig gebied, bereikt (1576). De Generale Unie, door de Pacificatie van Gent tot stand gekomen, was echter een kort leven beschoren en 1579 kwam het met de → Unie van Atrecht en de → Unie van Utrecht tot een breuk tussen Noord en Zuid. In 1580 sprak Filips de ban over Willem uit, waarop deze antwoordde met de → Apologie. In 1580 werd op aandringen van Willem, omdat hij dit als enige weg zag → Frans van Anjou als heer der Nederlanden erkend, wat Willem zijn populariteit heeft gekost. In 1582 werd een aanslag op hem gepleegd door Jean Jauregui. Willem verloor nog meer aan populariteit door de → Franse Furie, zodat de ontvangst in Antwerpen bij zijn huwelijk (1583) met Louise de Coligny uiterst koel was en hij de stad in juli, feitelijk gedwongen, verliet. Toen hij naar Holland was teruggekeerd, hadden de Staten van Holland en Zeeland het plan hem de soevereiniteit aan te bieden om de invloed van Anjou te beperken, maar op uiterst beperkende voorwaarden; voor het zo ver was. werd Willem te Delft door Balthasar Gerards vermoord.
Willem was een groot politicus, die met de opstand meegroeide. die zijn ideaal van door een adellijke regering bestuurde verenigde Nederlanden opgaf om de leider te worden van een klein deel van die Nederlanden, waar het calvinisme de enig erkende godsdienst was en het bestuur in handen kwam van burgers. In deze ontwikkeling, waarbij Willem zijn macht, zijn fortuin en zijn oorspronkelijk ideaal opgaf in het belang der Nederlanden, ligt zijn grootheid.
Willem is de vader van → Filips Willem (van Nassau), van de stadhouders → Maurits en → Frederik Hendrik en van elf dochters. Eén zoon, Maurits August Philips (*18.12.1564) stierf reeds 8.12.1566. Willem had een bastaardzoon (bij Eva Elinx) Justinus, die de stamvader werd van de tak Nassau-Grimhuizen. Uitgaven: Correspondance par L.P.Gachard (6 dln. 1847 - 66), Correspondentie, door II Japikse (1934).
Litt. F.Rachfahl, Wilhelm von Oranien und der Niederland. Aufstand (3 dln. 1906-24); P.J.Blok. Willem I, Prins van Oranje (2 dln. 1919-20); A.A.van Schelven. Willem van Oranje (4e dr. 1948); J.W.Berkelbach van der Sprenkel. Oranje en de vestiging van de Ned. staat (2e dr. 1960); C.V.Wedgwood, William the Silent (1960); P.Scherft.
Het sterfhuis van Willem van Oranje (1966); W.F. Leemans en E.Leemans-Prins, Guillaume de Nassau et la principauté d'Orange 1544-1559 (1969); Y.Cazaux, Guillaume le Taciturne (1973); H.de Jongh, William the Silent and the Dutch revolt (1974); J. en A. Romein, Willem van Oranje, de bevrijder (in: Erflaters van onze beschaving. 13e dr. 1979); C.Swart, Willem de Zwijger (in: Nassau en Oranje in de Ned. geschiedenis, red. C. A.Tamse, 1979).
Willem II, prins van Oranje, graaf van Nassau, Vianden, Buren, Leerdam en Meurs, stadhouder van de Noordned. gewesten (behalve Friesland, 1647-50), *27.5.1626 's-Gravenhage, ✝ 6.11.1650 's-Gravenhage; enige zoon van stadhouder Frederik Hendrik en Amalia van Solms. Huwde 12.5.1641 Maria Stuart, dochter van Karel I van Engeland. Volgde 14.3.1647 zijn vader krachtens de → Actes van Survivance op als kapitein-admiraal-generaal der Unie en als stadhouder van alle gewesten, behalve Friesland. Willem was oppervlakkig en weinig serieus; leidde een vrij losbandig leven en had bovendien slechte raadgevers. Teleurgesteld in de Vrede van Munster (1648) koesterde hij plannen om het → Offensief en Defensief Verbond met Frankrijk, dat 1648 verbroken was. te herstellen en samen met Frankrijk de Zuidelijke Nederlanden op Spanje te veroveren en te verdelen (correspondentie met → d'Estrades), zijn schoonvader Karel I, die 1649 onthoofd was, te wreken en zijn zwager Karel II op de Engelse troon te herstellen. Hij vond evenwel de Staten van Holland tegenover zich, die geen oorlog met Engeland of Spanje wensten.
Kwam 1650 in conflict met de Staten van Holland, die meer troepen wilden afdanken dan de Staten-Generaal wensten. De Staten-Generaal namen (evenals in 1618 op onwettige wijze) het besluit om verdere afdanking te beletten, de prins de stemhebbende Hollandse steden te laten bezoeken om deze over te halen zich bij de meerderheid neer te leggen (de bezending). Bovendien kreeg Willem dezelfde dictatoriale macht als Maurits in 1618. Op grond van deze macht liet Willem zes gedeputeerden der Staten van Holland op Loevestein gevangenzetten (→ Loevesteinse Factie). De bezending werd een mislukking. Willem trachtte zich bij verrassing van Amsterdam moester te maken (waarvoor hij de troepen bijeen kon krijgen dank zij de gewoonte, dat de stadhouder de patenten uitgaf; patentrecht), maar het kwam tot een akkoord, omdat de stad voor haar handel vreesde. Willem stierf plotseling aan de pokken.
Litt. J.A.Wijnne. De geschillen over de afdanking van ’t krijgsvolk in de Vereen. Nederlanden in 1649 en 1650 en de handelingen van Willem II (1885); S.I.van Nooten, Prins Willem II (1915); J.Eysten. Het leven van prins Willem II (1916); J.J.Poelhekke, Kanttekeningen bij enige pamphletten uit het jaar 1650 (in: BGN 1954); P.Geyl, Oranje en Stuart (1963); S.Groenveld. De Prins voor Amsterdam (1967): S.Groenveld.
Naspel op Munster. liet stadhouderschap van prins Willem II (1968); S.Groenveld. De Franse diplomaten en Willem il (in: SH 1969; met lilt.): J.J.Poelhekke, Geen blijder maer in tachtigh jaer (1973): G.W.Kernkamp. Prins Willem II (2e dr. 1977).
Willem III Hendrik, prins van Oranje, graaf van Nassau. Vianden, Buren. Leerdam en Meurs, stadhouder van Holland en Zeeland (1672-1702), van Utrecht (1674 1702), van Gelderland en Overijssel (1675 1702), koning van Groot-Brittannië en Ierland (1689-1702), *14.11.1650 's-Gravenhage. ✝ (val van een paard) 19.3.1702 Hampton Court: zoon van Willem II en Maria I Stuart. Huwde 14.11.1677 zijn nicht Maria Stuart (de latere koningin Maria II Stuart, 1689-94). Werd opgevoed door zijn moeder en na haar dood (24.12.1660) door zijn grootmoeder Amalia van Solms. In 1666 kwam zijn opvoeding onder toezicht van Johan de Witt (→ Kind van Staat), die 1667 bij het Eeuwig Edict het stadhouderschap in Holland afschafte en de onverenigbaarheid van stadhouderschap en kapitein-generaalschap in de andere gewesten uitsprak (door de andere gewesten in 1670 bij de → Akte van Harmonie aanvaard).
In de oorlog van 1672 werd Willem tot kapitein-generaal voor één veldtocht benoemd, maar toen de oorlog ongunstig verliep, werd hij door de Staten van Zeeland en van Holland tot stadhouder en door de Staten-Generaal tot kapitein-admiraal-generaal benoemd. Willem reorganiseerde het leger en wist de opmars van de Fransen tot staan te brengen, mede door de → Hollandse Waterlinie. Hij verkreeg in 1673 de steun van Spanje en de keizer, die zich in het → Haags Verbond met de Republiek verenigden tegen Frankrijk, wat een ommekeer in de buitenlandse politiek van de Republiek betekende. Willem veroverde 12.11.1673 Bonn. waardoor de Fransen, hun verbindingen bedreigd ziende, de Republiek ontruimden. Op 19.2.1674 werd de Tweede Vrede van → Westmin$tcr met Engeland gesloten. Aan het bewind gekomen door een volksbeweging, bezat Willem nu door de successen in de oorlog een ongewoon grote macht.
Op 2.2.1675 werd het stadhouderschap in de vijf gewesten waarover Willem stadhouder was, erfelijk verklaard in de mannelijke linie, wat de Staten-Generaal ook met het kapitein-admiraal-generaalschap deden. In de gewesten Utrecht. Gelderland en Overijssel voerde Willem de regeringsreglementen in. In Zeeland beschikte hij over drie van de zeven stemmen in de Staten door zijn positie van Eerste Edele en het markizaat van Vere en Vlissingen, waardoor hij de magistraat in die steden benoemde. In de voortgezette oorlog tegen Frankrijk was Willem in de Zuidelijke Nederlanden niet tegen Condé opgewassen. In 1678 drongen de Fransen ver in het zuiden door; Gent en leper werden genomen en 10.8.1678 werd de → Vrede van Nijmegen met Frankrijk gesloten.
Vier dagen later leverde Willem nog tegen de Fransen de slag van → Saint Dénis. Na de vrede heeft Willem zijn grote macht niet gebruikt om de gebrekkige staatsinstellingen van de Republiek te hervormen: slechts de personen werden, en dan nog maar ten dele, vervangen en zo kon onder Willem de regentenoligarchie de grondslag leggen voor haar macht in de 18e eeuw. Willem werd veel meer in beslag genomen door de buitenlandse politiek, d.w.z. de handhaving van het Europese evenwicht tegenover het Franse katholieke imperialisme. Zo probeerde hij na 1678 een nieuwe coalitie tegen Frankrijk te sluiten, waarbij hij echter in Holland te kampen had met verzet van Amsterdam en in Europa met het wantrouwen van de staten, die bang waren, evenals in 1678 door Holland in de steek gelaten te worden. Toen echter in 1685 de Franse koning Lodewijk xiv het Edict van Nantes herriep en in hetzelfde jaar Jacobus II in Engeland de troon besteeg, die zijn katholicisme sterk op de voorgrond stelde, zag men in de Republiek en in Europa de bedreiging van het protestantisme, waarbij nog het optreden van de door Lodewijk XIV ingestelde → Chambres de Réunion kwam. Zo kwam op initiatief van Willem in 1686 de → Augsburgse Liga tot stand tussen Spanje, de Duitse keizer.
Brandenburg, Zweden. Savoye en een aantal Duitse vorsten. Dit verbond kreeg echter pas betekenis toen Willem 1689 koning van Engeland was geworden en vervolgens de Republiek en Engeland zich aaneensloten tot het Groot Verbond van Wenen (12.5.1689 → Grote Alliantie). Dit Verbond voerde de Negenjarige Oorlog (1688-1697). Deze oorlog droeg reeds de kiemen van een volgende in zich in verband met de Spaanse opvolgingskwestie (→ Spaanse Successieoorlog). Willem bracht het Eerste en Tweede Verdelingsverdrag tot stand tussen de pretendenten (resp. in 1698 en 1700 → Delingstractaten), welke verdragen de oorlog niet konden voorkomen.
Voor het uitbreken ervan overleed Willem. Met hem stierf het Huis Oranje-Nassau in mannelijke linie uit. Willems huwelijk, hoewel later een succes, was dit in het begin niet; toen had hij als maitresse Eiizabeth Villiers. Volgens brieven van Elisabeth Charlotte van de Palts zou er tussen Willem en → H.W.Bentinck een homofiele relatie hebben bestaan. Koning van Engeland was Willem via zijn huwelijk geworden: → GIorious Revolution. Op 10.7.1690 versloeg Willem in de → Slag aan de Boyne (Ierland) Jacobus. waarna hij de regering voornamelijk aan zijn ministers overliet en spoedig naar het vasteland terugkeerde.
Uitg.: Correspondentie van Willem in en van H.W.Bentinck. door N. Japikse (5 dln. 1927-37).
Litt. Th.B.Macauly, The History of England (1849): C.F.Sirtema de Grovestins, Guillaume met Louis xiv (8 dln. 1S68): R.Fruin. De tijd van De Witt en Willem in (2 dln. 1929): J.K.Oudendijk. Willem III (1954); D.J.Roorda, Partij en factie. De oproeren van 1672 in de steden van Holland en Zeeland (1961); W.Hahlweg, Untersuchungen zur Barrierepolitik Wilhelms III, von Oranien und der Generalstaaten im 17. und 18. Jahrhundert (in: Westfäl.
Forsch. 1962); P.Geyl, Oranje en Stuart (1963): S.B.Baxter. William III and the defence of European liberty, 1650-1702 (1966): N.A.Robb, William of Orange (2 dln. 1962-66); R.Hatton and J.S.Bromley (cd.). William III and Louis xiv (1968): E.B.Powley, The naval side of king William's war 16th 26th November 1688—14th June 1690 (1972): H. and B.van der Zee. William and Mary (1973; Ned. vert. 1975); J.Miller. The life and times of William and Mary (1974); D.J.Roorda. De joodse entourage van de koning-stadhouder (in: SIT 1979; met Litt.).
Willem IV, Karel Hendrik Friso, prins van Oranje-Nassau, markies van Veere en Vlissingen, graaf van Katzenelnbogen, Vianden, Dietz, Spiegelberg, Buren, Leerdam en Culemborg. baron van Breda, algemeen erfstadhouder. *1.9.1711 Leeuwarden, ✝ 22.10.1751 ’s-Gravenhage: zoon van → Johan Willem Friso, huwde 25.3.1734 Anna van Hannover, dochter van koning George II van Groot-Brittannië. In 1711 stadhouder van Friesland (als Willem II); 1718 van Groningen (als Willem III); 1722 van Drenthe en Gelderland. Gedurende zijn minderjarigheid voerde zijn moeder → Maria Louise van Hessen-Kassel het bewind over Friesland en Groningen. Willem studeerde te Franeker en Utrecht: aanvaardde 1729 het bewind over Groningen en Gelderland, 1730 over Utrecht en 1731 over Friesland: kwam door erfenis in bezit van de graafschappen Dillenburg (1739), Siegen (1742), Hadamar (1743) en andere landschappen, zodat hij de verschillende Nassause landen van de Ottoonse linie onder zijn bestuur verenigde (graven van → Nassau). Werd door het slechte verloop van de oorlog tegen Frankrijk (1745-48) 1747 tot stadhouder van Holland, Zeeland. Utrecht en Overijssel en tot kapitein-admiraal-generaal uitgeroepen, in de hoop, dat hij hervormingen in het staatsbestuur zou aanbrengen, maar. hoewel beschikkend over een bijna absolute macht, heeft Willem niets gedaan om de toestand te verbeteren (→ Nederland).
Litt. P.Geyl. Willem IV en Engeland (1924).
Willem V, Batavus (1751-95). prins van Oranje-Nassau. graaf van Katzenelnbogen, Vianden, Dietz, Spiegelberg. Buren, Leerdam en Culemborg: markgraaf van Vere en Vlissingen. heer en baron van Breda. Beilstein, de stad Grave en de landen van Cuyck, Liesveld, Diest. Herstal. Crancndonck. Waasten, Arlcy, Noseray, St.Vijt.
Dagsburg, Polanen, Willemstad. Niervaart. Steenbergen. IJsselstein, Bredevoort. St.Maartensdijk. Geertruidenberg, Turnhout.
Zevenbergen, de Hoge- en Lage Zwaluwe en Naaldwijk, heer van Ameland, erfburggraaf van Antwerpen en Besançon, *8.3.1748 's-Gravenhage. ✝ 9.4.1806 Brunswijk; zoon van Willem IV; huwde 4.10.1767 Frederika Sophia → Wilhelmina van Pruisen. Stond achtereenvolgens onder regentschap van zijn moeder Anna van Hannover, (✝ 12.1.1759) en van Lodewijk Ernst, hertog van → Brunswijk-Wolfenbüttel (1759-66). Meerderjarig geworden, werd hij 8.3.1766 ingehuldigd als erfstadhouder der Verenigde Provinciën; verplichtte zich bij de → Akte van Consulentschap de raad van Brunswijk in te winnen, hetgeen betekende, dat hij tot 1784 onder leiding van deze stond. Toonde geen enkel initiatief; verliet ‘sGravenhage toen hem het bevel over de troepen in die stad ontnomen werd t.g.v. de tegen hem gerichte ontevredenheid over de afloop van de 4e Engelse oorlog; vestigde zich 1785 te Nijmegen zonder iets te doen om zijn gezag te herwinnen; liet de Gelderse landdag 1786 tegen Elburg en Hattum optreden, waar de patriotten het gezag in handen hadden genomen. Apr. 1786 verklaarde de Franse regering in een nota aan de Staten-Generaal zich bereid te verhinderen dat druk van binnen of van buiten het herstel van de gebreken in het staatsbestel van de Republiek zou beletten. Een waarschuwing aan de prins èn aan Engeland, eventueel Pruisen (→ Frederik.
Rijngraaf van Salm). Een poging om Utrecht van Holland af te snijden mislukte, doordat Willems legertje bij Vreeswijk werd teruggedreven (→ Slag bij Vreeswijk), maakte 17S7 aan elke poging van de democraten om tot verzoening te komen een einde in zijn → Declaratoir, liet 1787 zijn vrouw een poging doen zijn macht in Holland te herwinnen. (→ Wilhelmina van Pruisen:→ Restauratie;→ Nederland). Nam 1795, toen de Fransen de Republiek waren binnengevallen en Pichegru verklaarde niet met hem te willen onderhandelen, de wijk naar Engeland. Protesteerde vandaar tegen zijn afzetting als stadhouder; vaardigde 7.2.1795 de brieven van → Kew uit. Vormde een korps van vrijwilligers, dat 1799 deelnam aan de inval in Holland; vertrok 1801 van Engeland naar Dietz (in Nassau); verleende 1801 bij de verklaring van → Oranienstein (zijn residentie bij Dietz) zijn aanhangers toestemming betrekkingen te aanvaarden van het Franse bewind; weigerde het bestuur te aanvaarden over de hem bij de Vrede van Amiens (1802) toegewezen gebieden Fulda, Corvey en Weingarten en de plaatsen Issny en Büchhorn.
Litt. C.van der Aa. Gesch. van het leven, charactcr en lotgevallen van Willem v (5 dln. 1806-09).