(28.6.1919). opgelegd door de geallieerden aan Duitsland na de Eerste Wereldoorlog. Als Belg. afgevaardigden traden op Jules van den Heuvel, Paul Hymans en Em.
Vandervelde. België, dat er o.m. ook eisen betreffende Nederland en Luxemburg voorlegde (annexatie van Luxemburg, Ned. Limburg en Zeeuws Vlaanderen) moest zich tevreden stellen met de volgende bepalingen:1. het verkreeg het onzijdige Moresnet en de districten Eupen, Malmédy en Saint-Vith;
2. de uitoefening van het mandaat over twee prov. van het Duitse Tanganyika-territorium, nl. Rwanda en Oeroendi;
3. prioriteit voor een uitbetaling van 2,5 mrd. goudmark als korting op de oorlogsschade;
4. opheffing van het neutraliteitsverdrag van 1839.
Luxemburg werd na de overgave van Duitsland (11.11.1918) door Franse troepen bezet. Niet alleen in België, ook in Frankrijk leefden annexionistische wensen. Om de dynastie te redden deed → Maria Adelheid 9-10.1.1919 afstand en werd opgevolgd door haar zuster Charlotte. Hoewel buitenlandse invloeden poogden een referendum te doen mislukken, vond dit 28.9.1919 plaats, waarbij 75 % van de bevolking zich voor Charlotte uitsprak.
Litt. H.A.Rolin, La Belgique neutre? (1935); P.van Zuylen, Les Mains Libres. Politique extérieure de la Belgique 1914-1940 (1950); P.Weber. Histoirc du GrandDuché de Luxembourg (3e dr. 1950): P.Mantoux, Les Délibérations du Conseil des Quatre (2 dln. 1955); P.Hymans, Mémoires (2 dln. 1958): P.Rcnouvin. Le traité de Versailles (1969).