in de Middeleeuwen:
1. onvervreemdbare en erfelijke rechten op door van de grondheer afhankelijke lieden bewerkte grond (domaniale tenure). Voor zijn tenure was de landbouwer aan de heer betalingen en/of vroondiensten verschuldigd (→ terragium);
2. erfhuur, die betaald werd door stadsbewoners, die zich op de grond van een heer of op rijksgrond hadden gevestigd (vrije of stedelijke tenure). In sommige steden verdween de cijns en werd de tenure een stedelijk allodium:
3. aanduiding voor het stadsrecht.
Litt. G.des Marez. Etude sur la propriété foncière dans les villes du moyen âge et spécialement en Flandre (1898); I.H.Gosses. Stadsbe/it in grond en water gedurende de Middeleeuwen (1903): F.L.Ganshof. La tenure (1938); L.Voet. Bezit en gebruik van de bodem (in: Alg.
Gesch. Ned. red. J.A.van Houtle e.a.. dl. il. 1950. met Litt. ).