oud geslacht in Groningen, vestigde zich vóór 1400 op de burcht Farmsum aan de Eems, tijdens de ca. 1400 plaatsvindende kaperoorlogen dikwijls een toevluchtshaven voor één der partijen. In 1427 steunden de Ripperda’s de Oostfriese → Fokko Ukena, 1435 werden de Ripperda’s door de stad Groningen gedwongen de burcht als ‘open huis’ te gebruiken.
Oldambt kwam in de 15e eeuw geheel aan Groningen, zodat de Ripperda’s alleen nog stand hielden in Fivelgo. In de 17e eeuw viel Farmsum aan een tak in Overijssel toe. Midden 18e eeuw stierf het geslacht in Nederland uit: het kwam nog wel voor in Hannover, Brandenburg-Pruisen. Wenen en Denemarken. Er leven nog enkele Freiherren von Ripperda in de BRD.