Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Landschout

betekenis & definitie

vertegenwoordiger van de landsheer in een, meerdere kerspels of dorpen omvattend onderdeel van het landsheerlijk gebied (veelal een vroegere gouw of graafschap). In de latere Middeleeuwen kwam deze benaming in onbruik omdat deze ambtenaren zich ter onderscheiding van de lagere, plaatselijkc schouten liever anders noemden, b.v. ambtsman (de Betuwe), drost (Drenthe, Overijssel, de Veluwe), maarschalk (Utrecht), of baljuw (Holland, Vlaanderen).

< >