Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Henri Jaspar

betekenis & definitie

Belg. politicus, *28.7.1870 Schaarbeek, ✝ 15.2.1939 Sint-Gillis (Brussel). Promoveerde te Brussel in de rechten en werd er advocaat; 1919—36 katholiek volksvertegenwoordiger voor Luik.

Vele malen minister: 1918—20 van Economische Zaken, 1920 van Binnenlandse Zaken, 1920—24 van Buitenlandse Zaken, 1926-31 achtereenvolgens van Koloniën en van Binnenlandse Zaken. 1932-34 van Financiën, 1934 van Buitenlandse Zaken: tevens 1926-31 premier. 1934 minister van Staat; streed voor het behoud van een Franstalige universiteit tc Gent en ijverde voor betere economische relaties met Luxemburg en Nederland.Litt. G.Sion, H.Jaspar (1964).

< >