Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Helmond

betekenis & definitie

Ned. gemeente in de prov. Noord-Brabant.

Wordt het eerst genoemd in een bul van paus Alexander in van 12.3.1178; kreeg in de 12e eeuw stadsrecht en werd ca. 1400 ommuurd; 1579 ingenomen door Parma. 1587 door de graaf van Hohenlohe heroverd en verbrand. 1597 door muitende leren aan Spanje overgeleverd en 1602 door prins Maurits heroverd. In de 15e en 16e eeuw heerste er grote armoede o.a. door de belastingvrijheid voor de geestelijkheid en adel; daardoor ontstond zwaardere belasting voor de burgers en vertrokken vele gegoeden naar elders. In de 17e en 18e eeuw kwamen nijverheid en markten steeds meer in verval, al kreeg Helmond evenals Eindhoven weefopdrachten van Haarlemse linnenkopers. In de tweede helft van de 18e eeuw leefde een derde van de inwoners in de diepste armoede. Daar ook Helmond te lijden had van de maatregelen die de Staten-Generaal voor de Generaliteitslanden troffen, was hier een sterke patriottische partij. Door het graven van de Zuid-Willemsvaart (1822—26), de aanleg van de spoorlijn Eindhoven — Venlo (1866) en in de 20e eeuw de aanleg van het Wilhelminakanaal (1923), kwamen de weekmarkt en de nijverheid weer tot bloei. Tussen 1866-76 voltrok zich snel de overgang van huisindustrie naar fabriek.LITT. A.M.Franken, Helmond in het verleden (2 dln. 1928-29); W.F.Simon. Boeren en wevers (1947); W.A.J.M.Harkx, de Helmondse textielnijverheid in de loop der eeuwen (1967): P.van der Ven, Van stadspomp tot waterleiding. Ontwikkeling Helmond 1860-1900 (Meded. Peelland. 1976 en Hclmond’s heemkroniek. 1977).

< >