Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Frans de Potter

betekenis & definitie

Belg. bibliograaf en historicus, *4.1.1834 Gent. ✝ 15.8.1904 Gent. Schreef verschillende historische monografieën van Belg. steden (m.n.

Gent en Kortrijk) en van de gemeenten van de provincie Oost Vlaanderen. Medestichter van het → Davidsfonds. waarvan hij 1878 secretaris-generaal werd. Werken o.a.: Vaderlandsche biographie of levensbeschrijving van beroemde Belgen (1860). Het boek der vermaarde uithangborden (1864), Geschiedenis van de stad Kortrijk (3 dln. 187376), Gent van den oudsten tijd tot heden (8 dln. 1882—1903). Geschiedenis van het schependom in de Belgische gewesten van de vroegste tijden tot het einde der XVIIIe eeuw (1881), Petit cartulaire de Gand (1885), Second cartulaire de Gand (1886), Catalogus van de bibliotheek der Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde te Gent (1898). Vlaamse bibliographie 1830-90 (1893-1902). samen met Jan Broeckaert. Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen (46 dln. 1864-1903. herdr. sinds 1968).

< >