Ned. politicus. *23.4.1905 Ede. ✝ 10.9.1973 Arnhem. Studeerde aan de Landbouwhogeschool te Wageningen. afd.
Bosbouw (1928 ir.-diploma); trad 1929 in dienst van de Heidemaatschappij; voltooide intussen zijn technische studies aan de th te Breslau; maakte diverse studiereizen en werkte geruime tijd in Zwitserland; 1941-47 president-directeur van de Heidemij. Tijdens de Duitse bezetting van Nederland voorzitter van de commissie voor uitzending van bedrijfsleiders naar Oost Europa (→ Ned. Oost-Compagnie); 1943 benoemd tot 'Gemachtigde voor de oogst’. Werd 1945 belast met herstel en afdoening van de bezettingsschaden; 1947 waarnemend en later definitief directeur-generaal van de landbouw; 1951-59 voor de chu minister van Oorlog en Marine. Werkte mee aan de oprichting van de EEG; 1961 weer president-directeur van de Heidemij.